IW 'Mijn geologie'

7. Bodemkaart en geologische kaart

Aanmelden voor oefeningen »

7.1 Bodem

Definitie: bodem

Het doorwortelde deel van het aardoppervlak.

Een bodem bestaat uit:

  • lucht
  • water
  • minerale bestanddelen
  • organische bestanddelen

video: de bodem interactief textuurdiagram (met demo)

Bodems worden ingedeeld naargelang hun korrelgrootte (de 'grondsoort'), de draineringsklasse (intensiteit van roestverschijnselen, bewegingen van het grondwater) en de horizonten-opeenvolging. De grondsoort of textuurklasse kan bepaald worden door met duim en wijsvinger te wrijven (de 'vingertest') en het gehalte aan de verschillende korrelgroottefracties te bepalen:

  • klei (kleiner dan 2 µm)
  • leem (tussen 2 en 50 µm)
  • zand (groter dan 50 µm)



Korrels groter dan 2 mm behoren tot de grintfractie, maar grint speelt geen rol in de bodemindeling. In een textuurdiagram of textuurdriehoek worden de textuurklassen voorgesteld als een mengsel van enkel klei-, leem- en zandfractie. Gebruik de demo in de animatie in de opdracht om te leren hoe je het diagram afleest.



Opdracht 1

Zoek het antwoord op volgende vragen. Gebruik de animatie over het textuurdiagram en het diagram in je taak.

- Tot welke kernserie hoort een bodem met 30 % zand en 60 % leem? Duid deze grondsoort aan op het diagram in de bundel.

- Wat is het minimale zandfractiegehalte (in %) van de textuurklasse lichte zandleem (P)?


De informatie van de textuurklasse of grondsoort wordt verder aangevuld met informatie over de draineringstoestand en de profielontwikkeling (oftewel horizontenopeenvolging).

Deze drie parameters (textuurklasse of grondsoort, draineringstoestand en profielontwikkeling) vormen samen de bodemserie of kerrnserie.



7.2 Een geologische doorsnede maken

Opdracht 2

Maak een lege presentatie met titelslide aan.

Ga voor je thuisadres de hoogte na met de hoogtekaart.

Maak een screenshot van de kaart. Transparantie voldoende verlagen zodat de straten zichtbaar zijn. Screenshot in de presentatie steken. Afgelezen hoogte op een zelfgemaakte doorsnede aanbrengen.

hoogtekaart benaderde hoogtekaart



Opdracht 3

Onderzoek het bodemtype (kaartlagen>bodem>bodemkaart>bodemtypes).

Plak een screenshot in je taak. Noteer het bodemtype en de uitleg.

DOV



Opdracht 4

Onderzoek de bodemassociatiekaart

Plak een screenshot in de presentatie.
Noteer het bodemassociatietype.



Opdracht 5

Onderzoek de dikte van de quartaire lagen (ondergrond>geologie>quartair>isopachen)

Plak een screenshot in de presentatie. Vermeld de dikte op je doorsnede.

DOV



Opdracht 6

Doe hetzelfde voor het tertiair en het Krijt

Plak de screenshots in de presentatie. Vermeld de dikte op je doorsnede.

Klaar? Uploaden in Smartschool.